De mantra duurzaam ontleedt

Het woord duurzaam wordt aan van alles en nog wat gekoppeld. Het is niet alleen een mantra geworden voor gelovigen en goedgelovigen van allerlei pluimage maar ook een middel aan te verdienen. Duurzaam wordt gebruikt als wonderolie voor de rechtvaardiging van wat dan ook door Jan en Alleman. Dit doet de vraag reizen van waar duurzaam nu eigenlijk voor staat.

Het woord duurzaam hoort in het rijtje thuis van zaam-woorden zoals bedacht-zaam, lang-zaam, genoeg-zaam, moei-zaam, lijd-zaam, groei-zaam, verdraag-zaam, een-zaam, gemeen-zaam, buig-zaam, zeld-zaam thuis. Zaam wijst dus op "in een aanhoudende toestand verkeren van ....".
Duurzaam betekent dus in een aanhouden toestand verkeren van "duren". 

Het werkwoord duren geeft een tijdsbeslag aan. Het gebruik van dit werkwoord is beperkt tot "het duurt"en "het heeft geduurd". Verder is het terug te vinden in woorden zoals kortdurend, langdurig, ongedurig en voortdurend. Duurzaam kan dus omschreven worden door het begrip "in een aanhoudende toestand verkeren van .... binnen een tijdsbeslag". Duurzaam is dus alleen te gebruiken in combinatie met een toestand.

Toestand slaat op de omstandigheden van iets of iemand. Duurzaam gebruiken in combinatie met werkwoorden of zelfstandige naamwoorden die geen toestand aan geven is dus wartaal. Duurzaam voedsel bestaat niet, Wel bestaat duurzaam vers, houdbaar, smaakvol, lekker e.d. Duurzaam produceren slaat ook al als een tang op een varken. Duurzaam bruikbaar, schoon, grondstofgebruik, e.d. past wel. Duurzaam ondernemen is nog zo'n misbaksel. Duurzaam sociaal, efficient, klantgericht e.d  beter te verteren.

Het koppelen aan iemands omstandigheden maakt het woordfeest compleet. Wat te denken van duurzaam ziekelijk, depressief, humeurig, onvriendelijk e.d. 

De realiteit is dat woord-hypes komen en gaan. We moeten intussen maar duurzaam misnoegd zijn.