Verslag van een Stuurman aan de wal




De dag van de SM Loop 2013 zou voor de organisatie de dag van de waarheid worden. De laatste maand moesten alle zeilen worden bijgezet om de gratis SM Loop niet aan haar succes ten onder te laten gaan. De reden was het alsmaar oplopende aantal inschrijvingen. Bij het sluiten van de markt op 00:00 h van de grote dag stonden er 265 man/vrouw op de deelnemerslijst. Het hadden er 267 kunnen zijn want bij de registratie doken nog twee nachtvlinders op die na twaalven nog een poging hadden gewaagd . Al met al moest het schip van de SM Loop voor het eerst in 12 jaar via een heuse vergadering drijvende worden gehouden.





De argeloze deelnemer vraagt zich natuurlijk af waarom een organisatie van toch redelijk weldenkende mensen zo in moeilijkheden kan komen. Het antwoord hierop is simpel. De organisatie doet het allemaal voor mij. Zij staan mij bij in mijn boetedoening. Zij laten zich mede straffen voor mijn ondoordachte actie in 2002 om op de laatste zaterdag van het jaar op eigen houtje een marathon te gaan lopen met de naam SM of Simon Marathon. Het niet laten registreren van de naam was mijn tweede blunder. Onverlaten hebben deze naam verbasterd tot Sylvester Marathon. Het enige wat mij nog bleef was de troost van SM.


Mijn boetedoening bestaat uit de zorg voor de website, de deelnemersadministratie, de beantwoording vragen van deelnemers, het uitzetten en vele malen lopen van de route, het maken van borden, pijlen en lijsten e.d. Dat is echter een lichte straf vergeleken met het tijdens de loop moeten rondrijden om te kijken of alles letterlijk en figuurlijk goed loopt. Als loper kijken naar het leed dat voor lopers vermaak is, is geen straf maar een SM-kwelling.


De dag begon vroeg met het plaatsen van de bebording die nodig was om de weg naar de Nachtegaal af te sluiten en de  lopers van het parkeerterrein naar de Nachtegaal te leiden. Na het opwerpen van de barricade door John leidden Carry, Leny, Peter en Jim dit in goede banen. Vervolgens was het samen met Annemarie registreren geblazen. Ook dat ging vlot.


De paar missende namen, na inschrijvingen en wisselingen van afstanden veroorzaakten geen bijzondere problemen. Ook het afgeven van de sporttassen verliep dankzij Leny en Carla vlekkeloos. 


De gratis koffie en thee in de Nachtegaal bleek een goede therapie om de de lopers tot aan het ochtendgebed voor de start zinvol bezig te houden. Jan ging ons in het gebed luid en duidelijk voor. Vriendelijk en ontspannen zette hij het “hoe en wat bij het SM lopen” uiteen. Zijn ondertoon was echter duidelijk. Met de spelregels wordt niet gespot.
De start van John kwam voor mij toch als een bevrijding. Als lopers eenmaal lopen dan is er geen vuiltje meer aan de lucht. Het doet mij altijd denken aan Asterix en het 1e Legioen. Vrolijk kwetterend over het lopen in het algemeen en hun eigen lopen in het bijzonder, lopen zij het ongewisse tegemoet. Later bleek die vergelijking niet helemaal op te gaan. Het gebed van Jan had geholpen. Naar onze Centurions = Voorlopers werd braaf geluisterd. Dit luisteren was mede te danken aan de voorfietsers Luciën en Daan. De lopers bleven er vanwege de modderfonteinen van de banden op veilige afstand achter. 




De routecontrole met drie dames in de auto werd een appeltje-eitje.Ik hoefde slechts te doen wat ik altijd bij dames doe namelijk naar ze luisteren en tijdig afzetten bij kijkplaatsen. Gelukkig ben ik na Willem een goede tweede in de kennis van Limburgse loopwegen en de eerste Hollander op dat gebied. Wij hebben ons dus op vele doorkomstenplaatsen vermaakt en tussendoor in de verzorgingsposten de onderwerpen voor wasmiddel reclames bewonderd.  


Toch gaat het leven van een roadmaster niet over rozen. Ik weet de plekken waar met name de voorlopers Klaus en Jo de hand of beter gezegd de voet mee willen lichten. Persoonlijk ingrijpen was dan ook nodig om ze met hun schaapjes via de trappen de Koning van Spanje op te jagen en de grazige beemden van de Geul tussen Mechelen en Partij in te leiden.

De verzorging bij de Gulpener was een makkie. De drankzucht van de voorlopers bleek aanzienlijk minder dan vorig jaar. Ook voorlopers blijven leren. 


De rode lantaarns Willem, Jos en Francis zijn daarentegen volleerd. Zij houden iedereen voor zich onder het voeren van een goed gesprek van start tot finish en nog ver daarna. 

Bij Kasteel Oost was het stil en bleef het stil. Dat had niets met vermoeidheid te maken. Het naderend einde werkte bedrukkend. Daarbij waren de lopers ook in zichzelf gekeerd om zich voor te bereiden op de sterke verhalen na de finish en voor het blij wachtende thuisfront.


Gelukkig bracht ook in deze post de uitstekende zorg van Con, José, Cecile, Beate, Huub, Thea, Carry, Annemarie en Leny de lopers weer tot leven voor de laatste loodjes.


Carry en Annemarie namen deze post na het passeren van de marathonlopers over voor de verzorging van de ultralopers. Deze zorg had ook niets te maken met vermoeidheid.

Niet de lange de afstand maar het regime van voorloper Henk maakte dit nodig. Hij mag graag spotten maar met hem valt niet te spotten. Met ijzeren hand liet hij de groep alle toppen van de Limburgse heuvels zien.


Aan alle lijden komt gelukkig een eind. Na de uitgifte van de tassen door Paul werden de benen nog lang gestrekt in de Nachtegaal om met steun van John en zijn helpers uit te rusten voor het terug wandelen naar het parkeerterrein. Het weghalen van de bebording met steun van Leny maakte de cirkel van de dag rond.

Kort samengevat: “Het was een dagje GENIETEN”.